Als jouw baby de hele dag naar één kant kijkt en het lijkt bijna onmogelijk om hem of haar ook naar de andere kant de laten draaien is het goed mogelijk dat jouw kleintje een voorkeurshouding heeft.

In deze blog lees je
– Wat is een voorkeurshouding?
– Hoe ontstaat een voorkeurshouding?
– Er is meer aan de hand.
– Ik denk dat mijn baby een voorkeurshouding heeft, en nu?

baby 6 weken kijkt naar één kant, voorkeurshouding oorzaken

Hoe ontstaat een voorkeurshouding eigenlijk?

Ga zitten en zet je schrap. Dacht jij net als ik dat jouw baby een voorkeurshouding heeft, omdat hij ter wereld is gekomen met een moeilijke bevalling? Dat hij in de buik al krap zat? Dat kan toch niet geen invloed hebben?!

We pakken de literatuur er weer even bij. Tijdens een onderzoek zijn 380 baby’s onderzocht op het volledig kunnen draaien van hun hoofd van links naar rechts (net alsof jij naar jouw linker en rechter schouder kijkt). Dit deden ze bij de baby’s direct na de geboorte en op diverse leeftijden, tot de baby’s 24 maanden oud waren. Wat bleek? De oorzaak van een voorkeurshouding lijkt vooral te maken te hebben met gewoonten van het omgaan met een baby. Denk hierbij aan slapen, voeden, spelen, dragen en verzorgen. [2]

Wel zijn er drie groepen kinderen die vaker een voorkeurshouding hebben. Dit zijn: jongens, eerstgeboren kinderen en kinderen met een relatief breed hoofd.

Er is meer aan de hand

Het kan zijn dat er bij een kindje direct na de geboorte een asymmetrie wordt gezien (een verschil tussen links en rechts, dit kan zijn bij de nek, maar bijvoorbeeld ook in de heupen). Deze worden veroorzaakt door een ontwikkelingsstoornis, spierscheur (wat dus wél tijdens een bevalling kan gebeuren) of een andere afwijking. [4] Het is een belangrijke taak voor de betrokken professionals die het kindje zien vanaf het eerste moment na de geboorte dat zij hier erg alert op zijn. We spreken hier dus niet van een ‘klassieke’ voorkeurshouding. Deze voorkeur naar één kant wordt veroorzaakt door iets anders.

Omdat de schedels van baby’s nog erg zacht en vormbaar zijn ontstaat er vaak naast voor voorkeurshouding, ook een afplatting van het schedeltje van de baby. Dit kan zijn een afplatting aan de zij-achterkant links of rechts, of een afplatting van het midden van het achterhoofd. Vaak is dit het moment waarop jij als ouder de voorkeurshouding gaat opvallen. In mijn volgend blog kom ik uitgebreid terug op de gevolgen van de voorkeurshouding voor de baby.

Ik denk dat mijn baby een voorkeurshouding heeft, en nu?

Als jij denkt dat jouw baby een voorkeurshouding heeft is het belangrijk dat er een professional met jou mee gaat kijken. Niet, omdat er per se iets erg aan de hand is. Maar juist om jou tips en adviezen te geven om te voorkeur zo snel mogelijk te doorbreken. Je wilt immers zo weinig mogelijk afplatting van het schedeltje van jouw baby.

In alle gevallen is het stap één om naar het consultatiebureau te gaan. Zij dragen de zorg voor jouw baby de eerste jaren en zij zijn de centrale spil. Het consultatiebureau verwijst je vaak naar een kinderfysiotherapeut. Ook zijn er ouders die kiezen voor een behandeling bij de manueel therapeut of een osteopaat. In mijn volgende blogs leg ik uit wat een kinderfysiotherapeut voor een baby met een voorkeurshouding kan betekenen en welke rol andere behandelaars kunnen spelen. Ook kom in later terug op de gevolgen van een voorkeurshouding voor de schedel van een kindje de overwegingen voor het dragen van een helm.  

Baby Fysio bij voorkeurshouding

Wil je direct een afspraak maken voor baby fysio of wil je eerst even weten wat baby fysiotherapie inhoudt? Of heb jij na het lezen van deze blog nog vragen over een voorkeurshouding? Laat het me weten!

Bronnen

[1]M. B.-. Boonekamp en A. v. d. L.-. Kuiper, „Positional Preference: Prevalence in infants and folluw-up after two years.,” Pediatrics, pp. 107:339-43, 2001.
[2]L. V. Vlimmeren, Y. v. d. Graaf en M. Boere-Boonekamp, „Risk factors for deformational plagiocephaly at birth and at seven weeks of age. A prsopective cohort.,” Pediatrics, pp. 119:e408-18, 2007.
[3]L. v. Vlimmeren en P. Helders, „Het afgeplatte babyhoofd: meten van de afplatting en volgen van het beloop.,” Prak. Pediatr., p. 2:129, 2009.
[4]R. Behrman, R. Kliegman en H. Jenson, „Scoliosis, craniosynostosis, torticollis,” in Nelson textbook of pediatrics, 16th ed., Philadelphia, Saunders, 2000.