Wat is heupdysplasie?

Heupdysplasie is meestal een aangeboren heupafwijking waarbij de heupkom niet goed is ontwikkeld. We weten niet helemaal zeker waarom een heupdysplasie ontstaan. Wel weten we dat heupdysplasie vaker voorkomt bij baby’s die in de zwangerschap in stuitligging hebben gelegen. Ook lijken meisjes, eerstgeborenen en erfelijkheid factoren te zijn waarbij heupdysplasie vaker voorkomt.

Het is belangrijk dat heupdysplasie vroeg wordt ontdekt. Daarom wordt er op het consultatiebureau al vroeg gecontroleerd en gekeken naar de bewegingen van de heupen. Baby’s die na 32 weken zwangerschap in stuit hebben gelegen krijgen 3 maanden na de geboorte altijd een echo ter controle in het ziekenhuis. 

Kinderfysiotherapie voor heupdysplasie

Het is afhankelijk van de ernst van de heupdysplasie welke behandeling er wordt ingezet. Op de website van het LUMC vind je hier een heel uitgebreid artikel over. (Heupdysplasie | LUMC). De meest voorkomende behandelingen van heupdysplasie zijn 1. een afwachtend beleid, 2. behandeling met spreidhulpmiddel, 3. zetten van de heup, hierna gipsbehandeling. Er is zonder onderzoek niet te zeggen voor welke behandeling jouw baby in aanmerking komt.

Wat is een spreidhulpmiddel?

Als je baby een spreidhulpmiddel krijgt is dit vaak een pavlikbandage of een CAMPspreider. Beide spreiders zorgen ervoor dat de heupkop weer in een goede stand ten op zichte van de heupkom komt te staan. Er ontstaat een groeiprikkels door de druk van de heupkop in de heupkom. Hierdoor wordt de ontwikkeling van de heupkom gestimuleerd.

Kinderfysiotherapie bij heupdysplasie: de beste zorg voor uw kind
Heuponderzoek bij baby

Kinderfysiotherapie bij heupdysplasie

Door het dragen van een spreidhulpmiddel ontstaat er soms een achterstand in de ontwikkeling van de motoriek van een baby. Je kunt je voorstellen dat door langdurig het dragen van een spreider de bewegingen van een baby beperkt worden. Soms zorgt dit er ook voor dat een baby op een zeker moment niet verder komt met zijn ontwikkeling, bijvoorbeeld rollen. Meestal is dit niet een erg groot probleem, want als de baby geen gebruik meer hoeft te maken van het spreidmiddel zal de baby direct weer verder gaan met het ontwikkelen van zijn motoriek. Vaak maakt hij/zij dan zelfs een flinke inhaalslag.

Vaak wordt de kinderfysiotherapeut ingeschakeld om deze ontwikkeling goed in de gaten te houden. Ook kan een kinderfysiotherapeut aanvullende tips en adviezen geven om te ontwikkeling te stimuleren. Een kinderfysiotherapeut kijkt niet alleen naar wát een baby kan in zijn ontwikkeling, maar ook hoé hij bewegingen uitvoert, de kwaliteit van bewegen.  

Vind je het fijn als ik de ontwikkeling van je baby goed in de gaten houdt? Neem dan contact met mij op!

Contactformulier

12 + 6 =